Toepassing Wet zorg en dwang bij wilsonbekwame cliënten

De Wet zorg en dwang regelt de rechten bij onvrijwillige zorg of onvrijwillige opname van mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie).

Hoe wordt beoordeeld of een cliënt wilsonbekwaam is?

De Wzd (artikel 3 lid 2) bepaalt dat degene die de wilsonbekwaamheid van een cliënt beoordeelt daartoe deskundig moet zijn en daarbij overeenkomstig de gangbare richtlijnen te werk moet gaan.

In de Memorie van Toelichting bij de Wzd staat dat deze deskundige geen arts hoeft te zijn. Belangrijk is dat “de deskundigheid waarover bedoelde deskundige beschikt, ligt op het terrein van het kunnen beoordelen of de cliënt in kwestie de gevolgen van zijn of haar keuze voldoende kan overzien”. Het is aan de zorgaanbieder om binnen zijn instelling de personen aan te wijzen die daartoe over de juiste deskundigheid beschikken.

Gelet op de ingrijpendheid van de beslissing om iemand ter zake wilsonbekwaam te verklaren vindt VWS het gewenst dat een ter zake kundige behoort tot een van de beroepsgroepen, die vanwege hun opleiding en vakgebied over het vereiste inzicht beschikken in het ziekteproces of de verstandelijke beperking en de gedragskundige aspecten daarvan. Concreet gaat het dan in ieder geval ook om de beroepsgroepen van artsen, gezondheidszorgpsychologen en orthopedagogen-generalist.

De wet laat ruimte om dit per richtlijnen door beroepsgroepen nader in te vullen.

Dossier

De zorgverantwoordelijke legt in het dossier vast voor welke onderwerpen de cliënt wilsonbekwaam is.

Klacht

Als de cliënt of zijn vertegenwoordiger het niet eens is met de uitkomst van de beoordeling van de wilsbekwaamheid kan hij hierover een klacht indienen bij de klachtencommissie.  

Verzet door een wilsonbekwame cliënt

Wilsonbekwame cliënten kunnen zelf geen weloverwogen beslissingen nemen over de zorg. Maar doorgaans kunnen zij wel duidelijk maken wat zij vinden van de zorg die zij krijgen. Een cliënt kan met woorden of gedrag duidelijk maken dat hij iets niet wil. Dan is er sprake van verzet.

Ieder verzet moet serieus genomen worden

Dat wil zeggen: verzet moet voor een zorgverlener aanleiding zijn om te beoordelen of de zorg aangepast kan worden.

Herhaaldelijk verzet

Als een wilsonbekwame cliënt zich duidelijk en herhaaldelijk verzet tegen een bepaalde vorm van zorg dan heeft dat juridische consequenties. De zorg mag dan alleen voorgezet worden op basis van de besluitvormingsprocedure voor onvrijwillige zorg. Ook als de vertegenwoordiger met de zorg heeft ingestemd. Dit geldt voor alle vormen van zorg.

Stappenplan

De besluitvormingsprocedure (het stappenplan) verplicht de zorgverantwoordelijke te onderzoeken of er mogelijkheden zijn om zorg te verlenen waartegen de cliënt zich niet verzet. 

Stappenplan bij wilsonbekwame cliënten

Het stappenplan is normaal alleen verplicht als een cliënt of vertegenwoordiger zich verzet tegen de zorg. Bij wilsonbekwame cliënten is dat anders. Bij hen is het stappenplan soms ook verplicht als de de vertegenwoordiger instemt met de zorg en de cliënt zich er niet tegen verzet. Dit geldt bij:

  • toediening van gedrag beïnvloedende / sederende medicatie, als niet gehandeld wordt in overeenstemming met professionele richtlijnen zoals de richtlijn Probleemgedrag van Verenso of de richtlijn Voorschrijven van psychofarmaca van de NVAVG;
  • beperking van de bewegingsvrijheid;
  • insluiting.